De afgelopen jaren is er veel discussie geweest over het te voeren afvalbeleid in de gemeente. In juni 2022 is het nieuwe afvalbeleid vastgesteld.
Omgekeerd Inzamelen blijft het basisprincipe voor de inzameling van huishoudelijk afval in Arnhem. Dit betekent dat de inwoners van Arnhem hun afval goed moeten kunnen scheiden. Een deel van de herbruikbare reststromen worden bij laagbouw met behulp van minicontainers aan huis opgehaald. Daarnaast is een uitgebreid netwerk van collectieve ondergrondse containers voor restafval, PBD (plastic verpakkingen, blik en drinkpakken) en papier en bovengronds GFT (groente-, fruit- en tuinafval) in de stad aanwezig. Voor de inzameling van grofvuil zijn er twee afvalbrengstations en in het stationsgebied werken we met een ondergronds afvaltransport systeem (OAT). Hieronder wordt op de verschillende onderdelen nader ingegaan.
Ondergrondse inzamelvoorzieningen
De eerste ondergrondse containers zijn in de jaren negentig geplaatst. Het overgrote deel van het containerbestand is geplaatst in de periode van de introductie van omgekeerd inzamelen: 2015-2019. In totaal staan er ruim 2000 ondergrondse containers in de stad: ongeveer 1300 voor restafval, 325 voor PBD, 325 voor papier, 125 voor glas. De financiële afschrijvingstermijn die gehanteerd wordt is 10 jaar. De technische levensduur ligt in praktijk aanmerkelijk hoger. Een deel van het areaal is al aanzienlijk ouder dan 10 jaar. Naast deze financiële afweging om een container te vervangen zijn aspecten van veiligheid, functionaliteit en esthetiek van de container van belang.
Het huidige afvalcontainer areaal wordt, met ingang van een nieuw contract voor onderhoud en levering per 1 januari 2023, gekeurd volgens TUV-normen. Deze veiligheidskeuring is nieuw en maakte geen deel uit van het vorige bestek. De verwachting is dat naar aanleiding van de keuring een groot aantal containers in 2023 nog vervangen moet worden vanwege veiligheid. Reparatie is in veel gevallen niet geoorloofd. Deze vervanging leidt tot noodzakelijke extra investeringen in 2023 en volgende jaren. Door de gestegen grondstofprijzen verwachten we de komende jaren substantiële kostenstijging voor nieuwe containers.
Minicontainers
De vervanging en uitbreiding van minicontainers die op grondgebonden locaties worden gebruikt, is opgenomen in de dienstverleningsovereenkomst met de inzamelaar. De aanschafkosten voor nieuwe containers is opgenomen in de exploitatie. Voor de komende jaren wordt voor deze inzamelmiddelen geen grote uitbreiding van het onderhoudsbudget voorzien.
Ondergronds Afval Transportsysteem (OAT)
In het stationsgebied is het Ondergronds Afval Transportsysteem operationeel. Het onderhoud aan deze installaties is meerjarig belegd bij de bouwer van het systeem. Noodzakelijk onderhoud aan het Ondergronds Afval Transportsysteem is voorzien in de Meerjaren investeringsraming.
Planning en realisatie
Het reguliere onderhoud aan de inzamelmiddelen is planmatig uitgevoerd. Ten aanzien van de geplande investeringen kan het volgende worden opgemerkt.
GFE-containers
In de diftar-periode zijn ruim 300 bovengrondse containers voor de inzameling van groente, fruit en etensresten (GFE) op hoogbouwlocaties geplaatst. Om op alle hoogbouwlocaties een GF(e) container te plaatsen is een investeringsbudget van € 1,4 miljoen gereserveerd. Naar aanleiding van vragen over de optimale toegankelijkheid door de APCG (Arnhems Platform voor Chronisch zieken en Gehandicapten) wordt er momenteel een proef uitgevoerd met een lagere en beter toegankelijke container. In afwachting van de resultaten hiervan wordt de plaatsing van deze containers in 2023 verder opgepakt.
Afvalbrengstation (ABS)
Er is bij de besluitvorming rond Diftar in 2017 een investeringsbudget van € 1,5 miljoen geraamd voor aanpassingen aan de ABS-en ten behoeve van het wegen en betalen van afvalstromen. Dit budget is tot op heden nog niet besteed en zou in de toekomst eventueel benut kunnen worden ten behoeve van aankoop van het terrein in Noord of voor noodzakelijke investering op een nieuwe locatie. Zodra hierover meer duidelijkheid ontstaat, zal een raadsvoorstel worden voorgelegd. Vooralsnog wordt dit investeringsbudget doorgeschoven naar 2024.